Hieronymus werd geboren op 8 augustus 1746 in Gouda. Hij was bekend als dichter, hij schreef vooral gedichten voor kinderen. Zijn bekendste werk was De Pruimenboom. Hieronymus stierf op 2 april 1803 in Den Haag.
De pruimeboom
Jantje zag eens pruimen hangen,
O! als eijeren zo groot.
't Scheen, dat Jantje wou gaan plukken,
Schoon zijn vader 't hem verbood.
Hier is, zei hij, noch mijn vader,
Noch de tuinman, die het ziet:
Aan een boom, zo vol geladen,
mist men vijf zes pruimen niet.
Maar ik wil gehoorzaam wezen,
En niet plukken: ik loop heen.
Zou ik, om een hand vol pruimen,
Ongehoorzaam wezen? Neen.
Voord ging Jantje: maar zijn vader,
Die hem stil beluisterd had,
Kwam hem in het loopen tegen,
Voor aan op het middelpad.
Kom mijn Jantje! zei de vader,
Kom mijn kleine hartedief!
Nu zal ik u pruimen plukken;
Nu heeft vader Jantje lief.
Daarop ging Papa aan 't schudden
Jantje raapte schielijk op;
Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen,
En liep heen op een galop.
Betje Wolf en Aagje Deken.
In 1776 begon er een briefwisseling tussen Aagje Deken en Betje Wolf. In oktober ontmoetten zij elkaar voor het eerst. Betjes man overleed in 1777, toen trok Aagje bij Betje in. Hun brieven werden een verhaal en dit werd de beroemde briefroman van Betje Wolf en Aagje Deken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten